Orde van Vrijmetselaren onder het Grootoosten der Nederlanden

Ordewet ter uitvoering van artikel 42 der Ordegrondwet

 Vervallen bij besluit van het Grootoosten van 17 juni 1972.



Art. 1.
1. Aan de Provinciale Grootloge van Z.O. Azië wordt bij uitsluiting opgedragen de behartiging van de gewestelijke belangen van dat gebiedsdeel der Orde en de bevordering van de onderlinge samenwerking der daaronder ressorterende loges.
2. Onder gewestelijke belangen worden verstaan, alle belangen der Orde in Z.O. Azië en der vrijmetselarij in die gewesten met uitzondering van:
a. Omschrijving van doel en wezen der Orde.
b. Vaststelling en voorschriften omtrent de ritualen en rituele werkzaamheden.
c. Eisen van toelating en bevordering van leden.
d. Vertegenwoordiging bij- en contact met andere binnen- en buitenlandse Grootmachten.
e. Vertegenwoordiging in en buiten rechte.
f. Vaststelling van de behandeling en de procedure in gevallen van plichtsverzuim.
g. De overige in de Ordegrondwet uitdrukkelijk aan bet Grootoosten, aan de Grootmeester, aan het Hoofdbestuur en aan de Gedeputeerd Grootmeester in Indonesië voorbehouden aangelegenheden.
3. In Z.O. Azië zal de vertegenwoordiging tegenover de buitenwereld en de Indonesische regering geschieden door het Bestuur der Provinciale Grootloge.

Art. 2.
1. De verordeningen en besluiten door de Provinciale Grootloge tot stand gebracht, moeten voor zover de Ordegrondwet dit vordert, zo spoedig mogelijk ter kennis worden gebracht van het Hoofdbestuur.
2. De bevoegdheid tot vernietiging en schorsing van deze verordeningen en besluiten is geregeld in de Ordegrondwet.

Art. 3.
1. De Provinciale Grootloge heeft de bevoegdheid om een officieel orgaan uit te geven ten behoeve van de onder haar ressorterende leden der Orde.
2. De inhoud van dat orgaan zal bestaan uit een officieel gedeelte en een redactioneel gedeelte.

Art. 4.
In het officieel gedeelte wordt opgenomen:
1e. alles, wat het Hoofdbestuur der Orde ter kennis van de leden der Orde wenst te brengen;
2e. alles, wat het Bestuur der Provinciale Grootloge ter kennis van de leden dier Provinciale Grootloge wenst te brengen.

Art. 5.
1. In het redactionele gedeelte van het orgaan zullen slechts artikelen worden opgenomen onder verantwoordelijkheid van het Bestuur der Provinciale Grootloge.
2. De Gedeputeerd Grootmeester van Z.O. Azië of die hem vervangt, kan opname van artikelen in het redactionele gedeelte, welke naar zijn mening in strijd zijn met het belang der Orde in het algemeen of met bepalingen van de Ordegrondwet verbieden
3. Het orgaan zal daarom niet mogen worden afgedrukt, alvorens hij zijn goedkeuring aan de inhoud heeft gehecht.
4. Bij verschil van mening tussen de Gedeputeerd Grootmeester en het Bestuur der Provinciale Grootloge kan op verzoek van een van beiden de beslissing van het Hoofdbestuur der Orde worden ingeroepen.
5. Wanneer het Hoofdbestuur in Nederland bezwaren heeft tegen een opgenomen artikel, heeft het de bevoegdheid, het Bestuur der Provinciale Grootloge op te dragen, om een artikel, inhoudende deze bezwaren, in het orgaan op te nemen.

Art. 6.
Het Bestuur der Provinciale Grootloge kan de contrôle op de redactie delegeren aan ten minste twee leden uit zijn midden dan wel zich de redactie van het orgaan zelf voorbehouden, zo nodig met bijstand van een deskundig adviseur.


terug naar vorige pagina