10de Gr\ Uitverkoren Meester van Vijftien


Uit: The Intermediate Degrees 1° - 17°, 1990.

The 9° and 10° superficially are concerned with the bringing to justice of the three Ruffians.
In the 9°, Solomon despatches a party of nine under the guidance of an ‘Unknown’ who gives no clue to his identity other than that he is a Shepherd. The Tracing Boards of the 18th century depict this ‘Unknown’ as a Dog, a symbolism that is found in many quarters, e.g., the story of Tobias and the Angel Raphael in the Apocryphal Book of Tobit, in which Tobias is accompanied by a Dog; and the Dog in the ‘Great journey’ of Yudhishthira, preserved in the Mahabharata.
This party succeeds only in discovering the third Ruffian, hiding in a Cave near Joppa. In a struggle to avoid arrest he is killed by the Candidate (Joabert), who takes the Ruffian’s head back to Jerusalem as evidence that one of the villains has been accounted for. As Solomon had given strict orders that the men were to be brought to Jerusalem alive, so that they might be properly tried. Joabert’s disobedience resulted in his own condemnation to death. His plea that he acted in self-defence was, however, accepted and he is received a Master Elect of Nine.
Owing to one of the words occurring in the legend, these Degrees have become known as ‘Vengeance’ Degrees. This term is apt to give rise to the misconception that summary vengeance was inflicted, and to obscure the underlying moral: ”Vengeance is mine, saith the Lord.”
A second party, consisting of fifteen is sent in the 10° to investigate a report that two strangers had been seen recently in the neighbourhood of Gath This expedition meets with success, for the Captain of the Guard (Zerbal) and the Candidate (Benaiah) recognise the other two Ruffians working in a Quarry in the hill country. They offer no resistance, and are carried to Jerusalem, where they are tried, found guilty, and pay the penalties of their Obligations; after which they are decapitated, and their heads, with that of the third Ruffian, are exposed on the South, West, and East Gates of the City.
In both Degrees the Chapter meets in King Solomon’s Palace.
The symbolic Age of the Elect of Nine is 8 and 1 years Perfect; no Age is mentioned for the Elect of Fifteen, but 3 times 5 years would be appropriate.

10°  Tracing Board
Items depicted are:
Sinister: The City of Jerusalem.
Centre: The City of Gath, joined to Jerusalem by a road on which a Party of Fifteen is making its way to Gath.
Dexter: A Quarry, in which men are working, and a Track leading from Gath to the Quarry.

Deze tekst komt uit het boek Maçonnieke Beschouwingen van A. van Leeuwen (1949).

In deze T\ branden 15 kaars-lichten, nl 5 bij ieder der Hoofd-Off\, de Voorz\ in het O\, de 1ste O\ in het N\W\ en de 2de O\ in het Z\W\. Ze zijn gegroepeerd in een vierk\ en 1 in het midden. De legende verhaalt, dat de Gouverneur Maäika van de provincie Gath aan Kon\ Salomo meldde, dat de 2 resterende moordenaars zich hadden verborgen onder de arbeiders in de steen­groeve van Ben-Daka. De Kon\ zond daarop 15 Bbr\ uit, wederom onder leiding van Adoniram, die er inderdaad in slaagden de onverlaten gevangen te nemen. Zij werden naar Jerusalem overgebracht, waar Kon\ Salomo hen op afgrijselijke wijze laat martelen, kruisigen en daarna onthoofden. Hun hoofden worden op staken gestoken en geplaatst boven twee stads­poorten, waaromtrent wij reeds hoorden.
De terechtstelling der twee moordenaars geschiedde op het 9de uur in de morgen. Zoals men zich zal herinneren, was de 1ste moordenaar door Joaber gedood bij het aanbreken van de morgen, dus op het 6de uur. Het Maç\ getal van deze gr\ is vijftien en dit is een get\ van Satan. De 15de letter van het Hebr\ alfabet is de Sameck, hetgeen de naam is van de Slang. Het ,,Pad”, dat hiermede correspondeert is dat, hetwelk van het Fundament Yesod opvoert naar het Hart Tiphares en dus een Pad van de Midden-Zuil. Het is het inidden-stuk van de totale ver­bindingslijn, welke van Malohus tot Keser voert, en die uit 3 ,,ongelijk grote” gedeelten bestaat. Eerst een kleine stap, daarna een grotere en tenslotte een heel grote. Deze 3 delen heten respectievelijk Tau – Sameck - Gimel, hetgeen gelezen wordt Tasoch en betekent: ,,een Bloeiende Staf”. Het is de naam vaan Aäron’s staf, welke hij d.t.k.v. Mozes had ontvangen van Jahwe. Deze staf was de enige, welke bloeide toen hij eens, samen met de staven der andere leiders, over­nachtte voor de Tent der Samenkomst, waarmede God duidelijk maakte, dat deze Staf de enige Leider aanwees, die Hem welgevallig was. De 3 letters betekenen: Tau: Leed; Sameck: Beproeving en Gimel: Verlossing. Het Qabalistische getal van dit Pad is 60 = 3 x 4 x 5 = de dynamiek of de vermenigvuldiging van de 3 zijden van de myst\ Driehoek van Pythagoras, welke de zijden heeft: 3, 4 en 5. Tesamen zijn deze het 12-tal van Volmaaktheid en ook zijn zij de Naam van Gods Profeet Mozes. Mozes wordt nl. geschreven : Mem - Shin - He (Moshé) welke letters de getalswaarden hebben: 40, 300, 5 = 345 tesamen. Dit getal is het spiegelbeeld van de Naam Gods, welke Mozes ontving, toen hij vroeg wie hem de opdracht gaf om de Joden uit Egypte te verlossen. De Stem in het ,,Brandend Braambos” gaf daarop ten antwoord: Ahih Ashr Ahih en de getals­waarde daarvan is 543. De Zoharistische traditie vertelt dat de oorspronkelijke naam van Mozes zou zijn geweest: Mem­Vau-Shin-He, wat eveneens klinkt als Moshé (de Arabieren noemen deze profeet Moesoh). De getalswaarde van de additionele Vau is 6, waardoor de profeet totaal gesymboliseerd zou zijn geweest door het getal 3456. Deze 6 is het mystieke ,,verbindings-getal”, het getal van de Sephira Netzach en het is in symbolische zin, de verbinding tussen het Hogere en het lagere. De uitbarsting van toorn, welke veroorzaakte, dat Mozes de eerste Marmeren Tafel ter aarde wierp, waardoor hij brak, was tevens oorzaak dat hij de letter Vau uit zijn naam geschrapt zag en dat hij vanaf dat moment niet meer de smetteloze verbindings-man tussen God en Zijn Volk was. Het getal 15 is ook de samenstelling van 10 en 5, of van de letters Yod en He, het oer-mannelijke en het oer-vrouwelijke. Het is het beeld van de Goddelijke Hermafrodiet, de 1ste Adam, die door Elohim geschapen werd naar Zijn Beeld, ,,man en vrouw schiep Hij hem” (Gen.: 1-27). Dit Pad is de ,,Inwijder” en zijn staf, de Thyrsos, die met ,,Kracht” is geladen. Om deze staf kronkelen zich 2 Slangen, zoals om de Caduceüs van Hermes. Zij is het symb\ van Kun­dalini-Shakti met de beide zenuw-stromen Idâ- en Pingalâ-Nâdi. Het is ook de Phallus, waaromheen zich twee slangen gekronkeld hebben. Deze slangen zijn de beide moordenaars. De tegenstellingen van het ,,mannelijke” en het ,,vrouwelijke”, die steeds de conflicten in ons opwekken. Een zwakke aanwijzing vinden wij in een paar namen, welke naast die van Abiram, de 1ste moordenaar, in enkele riten voorkomen, nl.: Achar of Achizar en Hobèn of Hebèn. De eerste naam betekent een ,,mannelijke demon”, de tweede naam betekent ,,Zoon van een Vrouw”. De naam van de Gouverneur, gecombineerd met de naam van de Steengroeve, waar de moordenaars gevonden worden, is: Maäka-Bendaka, hetgeen zeer dicht nabij komt aan het ,,in ­de plaats gestelde-Mr\-W\”. Volgens dr. David Diringer ,,The Alfabeth” (London 1947) betekent de letter Samèck ook wel ,,Brandpunt”, hetgeen zeer goed past in het bovenstaande. De 10de gr\ is ook juist het ,,Middelpunt” of ,,Brandpunt” van de hele serie gr\ van 4 t/m 16. Daarbeneden zijn de 5 ,,Ineffable” gr\ en de 1ste Elu-gr\; daarboven zijn de 5 ,,Histo­rische” gr\ en de 3de ELU-gr\.
Het Straf-T\ staat in verband met de marteling, welke men de 2 moordenaars aandeed, nl. dat hun lichaam, met een dolk werd opengereten van de keel tot het geslacht. Enige bespie­geling in occulte zin verklaart ons deze straf. De ,,Stem” en de ,,Sexe”, staan in zeer nauw verband met elkander, zoals wij weten. De verticale lijn symboliseert nauwkeurig de ,,Midden-Zuil” van de Boom. Dat slechts de Inwijder ons verlossen kan van de beide moordenaars is vol betekenis en staat ongetwijfeld in verband met de ,,herschepping” van het Augoeides.

Ritualen:
Rituaal voor de Graad van Uitverkorene der Vijftien (nederlands, 2e helft 19e eeuw).
Illustrious Elected of Fifteen (Amerikaans, 1835).