Opening van een Loge van Merkmeesters
A\ Mr\
geeft één slag: Broeders, staat mij bij
de Loge te openen.
A\ Mr\
: Br\... wat
is de eerste plicht van iedere Merkmeester?
2e Opz\
: Te zien of de Loge behoorlijk is gedekt.
A\ Mr\
: Doe deze plicht vervullen.
2e Opz\
: Br\
zie of de Loge behoorlijk
is gedekt.
Dekker: Br\
, de Loge is behoorlijk gedekt.
2e Opz\,
geeft één slag, geen teken: De Loge is behoorlijk
gedekt.
A\ Mr\
: Br\
, wat is de volgende plicht?
1e Opz\,
geen teken: Te zien dat alleen Merkmeesters aanwezig zijn.
A\ Mr\
: In orde Broeders allen in het Teken.
A\ .Mr\
: Br\ 2e Opziener, wie
zijn de voornaamste Officieren in de Loge?
2e Opz\
: De A\ Mr\
, de le en 2e Opziener,
de le, 2e en 3e Keurmeester.
A\ Mr\
: Br\ . 3e Keurmeester, waar is uw
plaats in de Loge?
3e Keurm\,
zich richtende naar het 0\: Bij de
Zuiderpoort.
A\ Mr\
: Uw taak?
3e Keurm\
: Deze Poort te bewaken, alle materialen voor de bouw van de
Tempel te keuren en, indien goedgekeurd, door te zenden naar de 2e
Keurmeester voor verder onderzoek.
A\ Mr\
: Br\ 2e Keurmeester,
waar is uw plaats in de Loge?
2e Keurm\,
zich richtende naar het 0\: Bij
de Westerpoort.
A\ Mr\
: Uw taak?
2e Keurm\
: Deze Poort te bewaken, alle materialen, komende van de
3e Keurmeester en bestemd voor de bouw van de Tempel te
keuren
en, indien goedgekeurd, deze door te zenden naar de 1e Keurmeester
voor uiteindelijke goedkeuring of verwerping.
A\ Mr\
: Br\ 1e Keurmeester,
waar is uw plaats in de Loge?
1e Keurm\
: Bij de Oosterpoort.
A\ Mr\
: Uw taak?
1e Keurm\
: Deze Poort te bewaken, alle materialen, komende van de 3e
en 2e Keurmeester en bestemd voor de bouw van de Tempel te keuren
en in geval van twijfel of moeilijkheden mijn Broeders Keurmeester in raad
bijeen te roepen.
A\ Mr\
: Br\ 2e Opziener, waar
is uw plaats in de Loge?
2e Opz.\
: In het Zuiden.
A\ Mr\
: Waarom aldaar?
2e Opz:\
: Om de zon in zijn hoogtepunt te markeren, de Broeders van
de arbeid tot de verpozing te roepen en van de verpozing tot de arbeid,
alsmede bedriegers af te weren en te bestraffen.
A\ Mr\
: Br\ le Opziener, waar
is uw plaats in de Loge?
1e Opz\
: In het Westen.
A\ Mr\
: Waarom aldaar?
1e Opz.\
: Om de ondergaande zon te markeren, de Loge in opdracht van
de A\ Mr\ te sluiten
en de Merkmeesters het verschuldigde loon uit te betalen.
A\ Mr\
: Achtbare Laatstgewezen V\ Mr\
, waar is de plaats van de A\ Mr\
?
L\ V\
Mr\ : In het Oosten.
A\ Mr\
: Waarom a1daar?
L\ V\
Mr\ : Zoals de zon opgaat in het
Oosten om de dag te openen en te verlichten, zo is de A\
Mr\ geplaatst in het Oosten om de Loge te openen
en de Broeders te doen werken en te instrueren in de MerkVrijmetselarij.
A\ Mr\
: Nu de Loge behoorlijk is gevormd verzoek ik, alvorens deze
geopend te verklaren, de L\ V\
Mr\ ons voor te gaan in gebed.
L\ V\
M\ : Broeders, laat ons de zegen
in roepen van de Groot Keurmeester van het Heelal.
Moge Hij ons beschermen in al onze ondernemingen en moge Hij ons toestaan
dat wij door Zijn heilige geboden te gehoorzamen Hem eer bewijzen in al
onze werken, zodat wij bij het einde der dagen ons loon mogen ontvangen.
Allen: Amen.
A\ Mr\
: In de naam van Adon Hiram verklaar ik deze Loge naar behoren
geopend voor de instructie en verbetering van Merkmeesters
1e Opz\
: * * **
2e Opz\
: * * **
Binnendekker: * * **
Buitendekker: * * **
2e Diaken plaatst het Tableau.
RITUAAL VOOR BEVORDERING
De stenen en de sluitsteen moeten in verband
met de ceremonie buiten de Loge klaar liggen. Buitendekker
geeft gezellenslag * ** Binnendekker,
in teken: Br\ 2e Opz..,
er is een melding.
2e Opz\,
hamerslag en teken: A\ Mr\
, er is een melding.
A\ Mr\
: Br\ 2e Opz\,
onderzoek wie toelating verzoekt.
2e Opz\,
uit het teken en gaat zitten: Br\
Binnendekker zie wie toelating wenst. Binnendekker,
tegen buitendekker: Wien hebt gij daar?
Buitendekker: Br\
die zijn tijd heeft gediend als Leerling, die in de steengroeven heeft
gewerkt als Gezel en nu verlangt Merkmeester te worden om de bevoegdheid
te verwerven een Loge van Operatieve Vrijmetselaren voor te zitten.
Binnendekker: Hoe denkt hij dit
voordeel te verwerven?
Buitendekker: Met de hulp van de
G\ K\ d\
H\ en het bezit van een pasgreep en een paswoord.
Binnendekker: Is hij in het bezit
van de pasgreep en het paswoord?
Buitendekker: Neen, maar ik zal
ze voor hem geven.
Buitendekker geeft binnendekker de pasgreep
en het paswoord.
Binnendekker: Wacht, terwijl ik
verslag uitbreng aan de A\ Mr\
sluit de deur.
Binnendekker, in teken: A\
Mr\ , Br\
die zijn
tijd gediend heeft als Leerling, die in de steengroeven heeft gewerkt als
Gezel en nu verlangt Merkmeester te worden om de bevoegdheid te verwerven
een Loge van Operatieve Vrijmetselaren voor de zitten.
A\ Mr\
: Hoe denkt hij dit voordeel te verwerven.
Binnendekker: Met de hulp van de
G\ K\ d\
H\ en het bezit van een pasgreep en een paswoord.
A\ Mr\
: Is hij in het bezit van de pasgreep en het paswoord?
Binnendekker: Neen, A\
Mr\ , maar zijn geleider heeft ze voor hem gegeven.
A\ Mr\
: Overtuig u eerst dat de kandidaat de vereiste verklaring heeft
getekend, laat hem vervolgens op de juiste wijze binnentreden en geeft
acht op datgene waarop hij binnentreedt. Broeders Diaken
Binnendekker groet met het Merkmeesterteken,
opent de deur en verzekert zich ervan dat de Verklaring is getekend.
De kandidaat wordt vervolgens tussen de 2 Diakenen
binnengeleid. Nadat de deur is gesloten richt de Binnendekker zich tot
de Kandidaat.Binnendekker: Br\
,
bij uw inwijding tot Leerling-Vrijmetselaar werd gij toegelaten op het
punt van een scherp voorwerp, geplaatst op uw ontblote linkerborst; in
de tweede graad op de winkelhaak.
Nu wordt gij toegelaten op hamer en beitel Binnendekker
plaatst de beitel op de linkerborst van de kandidaat en zegt, met de hamer
de gezellenslag gevend: Treed binnen op de scherpte van de beitel.
De kandidaat wordt nu naar de linkerzijde
van de 1e Opz\ geleid.
A\ Mr\
: Br\
, vanaf de bouw van de Tempel
van Koning Salomo en de instelling van de graad van Merkmeesters, als tegenwoordig
beoefend, is er een richtlijn in acht genomen door het Vrijmetselaarsgilde
dat niemand bevorderd zal worden tot de Graad, waarom gij nu verzoekt tenzij
hij eerst is bevorderd tot de verheven graad van Meester-Vrijmetselaar.
Zijt gij deze hoger eer deelachtig geworden?
Kand\ :
Ja, A\ Mr\ .
A\ Mr\
: Lever het bewijs daarvan. Om u daartoe in staat te stellen
zal de 1e Diaken u rond de L\ geleiden.
Alleen de kandidaat geeft op aansporing van de
le Diaken het Leerlingsteken aan de 2e Opz\
, het gezellenteken aan de 1e Opz\
en staande ter linkerzijde van de le Opz\ het
meesterteken aan de A\ Mr\
.
De tekens worden beantwoord met de overeenkomstige
slagen uit de verschillende graden. De 2e Diaken blijft in het
Westen tijdens deze reis.
A\ Mr\
: Verklaart Gij op uw erewoord dat Gij standvastig zult voortgaan
door de ceremonie van bevordering tot de achtbare graad van Merkmeester
en dat Gij geheim zult houden al datgene wat u bekend gemaakt zal worden
voor uw gelofte?
Kand\ :
Dat verklaar ik.
De 2e Diaken plaatst knielbankje.
A\ Mr\
: Hiervan verzekerd verzoek ik u te knielen terwijl de zegen
des Hemels wordt ingeroepen over ons werk hamerslag.
De kandidaat knielt; de diakenen kruisen hun
staven. Allen gaan in het teken van Trouw staan.
L\ V\
Mr\ : Moge de G\
K\ d\ H\
voortdurend Zijn zegeningen doen nederdalen over deze bijeenkomst en moge
hij Zijn getrouwe werklieden bijstaan waar wij ons ook bevinden, hetzij
op de vlakten van Zaradatha hetzij in de wouden van de Libanon, ofwel werkend
aan de ruwe steen, ofwel de hoeksteen van een mystieke boog aanbrengend,
en mogen wij, wanneer wij van ons werk hier worden weggeroepen, waardig
bevonden worden het loon te ontvangen toegezegd aan diegenen die ijverig
werken in Zijn Heilige Tempel.
Allen: Amen
A\ Mr\
: Laat de kandidaat opstaan.
A\ Mr\
en Bbr\ gaan zitten.
A\ Mr\
: In vroegere tijden was het in alle gezellen-loges gebruikelijk
dat iedere gezel een merk koos om zijn werk te doen kennen aan zijn Keurmeester.
Het uitgekozen merk mag niet toebehoren of toebehoord hebben aan een Br\
van eenzelfde Loge en de driehoek is te allen tijde uitgezonderd daar deze
het teken van goedkeuring van de Merkmeester is. Tezelfdertijd onderwees
men hem hoe hij zijn werk moest aanbieden aan het loket van de le
Opz\ teneinde zijn loon als Merkman te ontvangen.
Hebt gij toen gij tot de graad van Gezel werd bevorderd een dergelijk
merk gekozen?
Kand\ :
Neen, A\ Mr\ .
A\ Mr\
: Dan zal de 1e Diaken u naar de tafel van de Optekenaar
der Merken geleiden alwaar zulk een merk verkregen kan worden.1e
Diaken handelt aldus.
2e Diaken herneemt zijn plaats
in het W\.
Opt\ der M\,
blijft zitten: Het is mijn plicht u mede te delen dat
een getrouwe kopie van het door u gekozen merk zal worden opgenomen in
het register van deze Loge en zal worden opgezonden ter registratie in
de boeken van de Grote Loge. Daarna kan uw merk niet meer gewijzigd worden.
De kand\ zoekt
zijn merk uit en de 1e Diaken richt zich, staande in bet gezellenteken
tot de A\ Mr\ beiden
staan naar het O\ gekeerd.
1e Diaken: A\
Mr\ , het merk dat onze Br\
heeft uitgekozen is geschikt en is duidelijk vastgelegd.
A\ Mr\
: Toon het mij.
De kand\ wordt
door de 1e Diaken naar de A\ M\
gebracht
A\ Mr\
: Br\
, ik bewonder de kundigheid
getoond in de uitvoering van uw werk. Dergelijk vernuft verdient aanmoediging.
A\ Mr\
plaatst een driehoek om het merk. Ik benoemd u derhalve tot
Merkman en zal u terstond het teken van deze rang toevertrouwen.
Steek uw rechterhand uit in deze houding, plaatst het merk in de palm
van uw hand, bedek het met de top van uw duim, bied het aldus aan het loket
van de 1e Opz\ aan en ontvang het
loon dat gij door geduldige vlijt en verdienste hebt verdiend.
De 1e Diaken voert de kand\
naar het loket van de 1e Opz\ en
geeft de gezellenslag met zijn staf op de grond.
1e Opz\
: Wie hebt gij daar?
1e Diaken, in gezellenteken:
Br\
, een betrouwbaar werkman die zes dagen
of minder naar behoren heeft gewerkt bij de bouw van Koning Salomo's Tempel
en nu op last van de A\ Mr\
het loon komt ontvangen verschuldigd wegens geduldige vlijt en verdienste.
1e Opz\
: Hoe kan ik weten of hij gerechtigd is het loon te ontvangen?
1e Diaken: Door het
T\ met de H\ , dat
hij nu toont.
De kand\ maakt
het Teken.
1e Opz\
: Ik erken de juistheid van het Teken en bied u hierbij met
genoegen het verdiende loon aan. Maak er gebruik van, doch misbruik het
niet en verheug u erover.
1e Opz\
neemt de kand\ bij de rechterhand, in het Teken
van Tr\ en kondigt aan: A\
Mr\ , ik stel u voor Br\
, die zijn tijd als gezel gediend heeft, toegelaten is als Merkman en
geschikt is bevonden om bevorderd te worden tot de achtbare graad van Merkmeester,
waarnaar hij verlangt om de bevoegdheid te verwerven een Loge van Operatieve
Vrijmetselaren voor te zitten. De 1e
Opz\ gaat uit het T\
en gaat zitten.
A\ Mr\
: Br\ 1e Opz\
, aan dit verlangen zal worden voldaan en ik verzoek u de 1e
Diaken op te dragen de kandidaat naar behoren de troon te doen naderen.
1e Diaken tegen de kand\
: De wijze om het O\ in deze graad
te naderen is door middel van negen stappen, vijf zoals in de 2e
graad, alsof u een wenteltrap opgaat, vier zoals in de 1e graad,
behoudens dat de eerste twee lang en langzaam zijn en de laatste twee kort
en vlug.
Ik zal ze u voordoen en daarna gelieve u mijn voorbeeld na te volgen.
2e Diaken gaat, links van de kand\
, voor de troon staan.
A\ Mr\
: Zoals in iedere graad van de Vrijmetselarij de geheimen strikt
gescheiden en onderscheiden worden gehouden, zal ook hier een gelofte van
u worden verlangd, die in vele opzichten gelijk is aan die in de vorige
graden. Bent u bereid deze gelofte af te leggen?
Kand\ :
Ja, A\ Mr\ .
A\ Mr\
: Kniel dan op uw beide knieën en plaats beide handen op
de Bijbel
geeft 1 slag, allen in het T\
van Tr\ , Diakenen kruisen de staven.
A\ Mr\
: Geef uw namen voluit en zeg mij na:
Ik,
, in tegenwoordigheid van de G\ K\
d\ H\ en deze achtbare
en regelmatig geconstitueerde Loge van Merkmeesters zweer hierbij en hierop,
oprecht en plechtig, dat ik nimmer enig geheim zal onthullen aan wie ook
ter wereld die niet in deze graad is ingewijd, tenzij aan een op regelmatige
wijze bevorderde Br\ die, naar ik te goeder
trouw geloof deze graad op even zo wettige wijze heeft verworven als ik
nu ga doen, of wel in een regelmatig geconstitueerde Loge van Merkmeesters,
bestaande uit drie of meer leden.
Ik zweer dat ik nimmer ten onrechte eens broeders merk zal gebruiken
doch integendeel het zal aanvaarden wanneer het mij aangeboden wordt en
aan zijn verzoek zal voldoen, indien gerechtvaardigd en binnen mijn vermogens,
vooropgesteld dat het niet schadelijk is voor mijzelf of mijn naasten.
Ik zal mij evenwel niet verplicht voelen hem nogmaals bij te staan tenzij
hij het Merk van zijn vorige verbintenis heeft ingelost.
Ik verbind mij plechtig mij hier aan te houden op straffe van niet
minder dan dat mijn rechteroor wordt afgescheurd zodat ik voor immer ongeschikt
ben om het Woord te horen en mijn rechterhand wordt afgehouwen als het
verdiende loon van een bedrieger.
Zo helpe mij de G\ K\
d\ H\ en doe mij
getrouw zijn aan mijn plechtige gelofte als Merkmeester.
Diakenen laten staven zakken.
A\ Mr\
: Als bewijs van Trouw en om dit een plechtige gelofte te maken
verzoek ik u dit met uw lippen 4 x op de Bijbel te bezegelen.
Allen uit het T\
.
A\ Mr\,
neemt de kand\ bij de rechterhand met de pasgreep:
Sta op, Br\
Merkmeester. A\
Mr\ en Bbr\ gaan
zitten.
Tot betere verklaring van de geheimen van deze graad is het noodzakelijk
dat gij teruggaat naar de steengroeven en de Loge weer binnentreedt als
een Merkman onder geleide van de 1e Diaken.
De diakenen en de kand\
verlaten de Loge, groeten als gezellen, staven blijven in de Loge bij de
ingang, keurmeesters zijn van het begin af op hun plaatsen blijven zitten,
te weten in het 0\ , W\
en Z\ kijkend in de richting van respectievelijk
de A\ Mr\ , de 1e
Opz\ en de 2e Opz\
. Het schootsvel van de blauwe graden wordt afgenomen. Diakenen en kand\
zijn nu gekleed met de voorschoten van de Merkman. De Buitendekker geeft
2° slag). Binnendekker,
in 2° teken: Br\
2e Opz\ , er wordt geklopt.
2e Opz\
, gaat staan in gezellenteken, geeft gezellenslag: A\
Mr\ , er wordt geklopt.
A\ Mr\
: Br\ 2e Opz\
, onderzoek wie wenst te worden toegelaten.
2e Opz\
, gaat uit het teken en gaat zitten: Br\
Binnendekker, onderzoek wie wenst te worden toegelaten.
Binnendekker, opent de deur en vraagt:
Wien hebt gij daar?
Buitendekker: Werklieden uit de
steengroeven met materialen voor de bouw van de T\
die zij verlangen voor te leggen ter keuring
Binnendekker: Wacht, terwijl ik
verslag uitbreng aan de A\ Mr\
.
Binnendekker, in 2°
teken: A\ Mr\
, werklieden uit de steengroeven met materialen voor de bouw van de T\
die zij verlangen voor te leggen ter keuring. Gaat
uit het T\
A\ Mr\
: Laat hen binnentreden en laten hun materialen door de Keurmeesters
onderzocht worden.
Br\ Binnendekker, opent de deur.
2e Diaken draagt de langwerpige
steen, 1e Diaken de kubieke steen
en de kand\ de
sluitsteen. In deze volgorde gaan zij via het N\
en 0\
zonder de A\ M\
te groeten, naar de 3 Keurmeesters, 1e Diaken geeft2°
slag op de tafel van de 3e Keurm\
.
3e Keurm\
: Wien hebt gij daar?
1e Diaken: Werklieden
van de steengroeven met materialen voor de bouw van de T\
, die zij verlangen voor te leggen ter keuring.
3e Keurm\
: Ik wil ze met genoegen onderzoeken. Ontvangt
de langwerpige steen van de 2e Diaken en onderzoekt of de steen
haaks is, draait hem om ter controle van de uitvoering, geeft 2°
slag erop met zijn hamer.
3e Keurm\
: Dit werk is fraai en haaks, zo wordt het verlangd voor de
bouw en zo is mij opgedragen het te aanvaarden geeft
steen terug.
2e Diaken: Wilt u mij
het paswoord geven?
3e Keurm\
: Ik zal het u geven opdat gij kunt doorgaan naar de Westerpoort.
Fluistert paswoord.
Vervolgens ontvangt de 3e Keurm\
de kubieke steen van de 1e Diaken en handelt op dezelfde wijze.
3e Keurm\
: Dit werk is fraai en haaks, zo wordt het verlangd voor de bouw
en zo is mij opgedragen te aanvaarden geeft steen
terug.
1e Diaken: Wilt u mij
het paswoord geven?
3e Keurm\
: Ik zal het u geven opdat gij kunt doorgaan naar de Westerpoort.
Fluistert paswoord.
Kand\ geeft nu
de sluitsteen aan de 3e Keurm\ en
deze ziende dat de steen niet haaks is onderzoekt niet verder en geeft
deze zonder meer terug.
3e Keurm\
: Dit is een merkwaardig gehouwen steen, noch kubiek noch langwerpig.
Ik mag hem niet aanvaarden.Kand\
, voorgezegd door de 1e Diaken: Wilt u mij het paswoord
geven?
3e Keurm\
: Dat kan ik niet, uw werk is niet in overeenstemming met mijn
tekeningen.
Met de 2e Diaken voorop gaat men
nu naar de tafel van de 2e Keurm\
, 1e Diaken geeft 2° slag).
2e Keurm\
: Wien hebt gij daar?
1e Diaken: Werklieden
uit de steengroeven met materialen voor de bouw van de T\
die zij verlangen voor te leggen ter keuring.
2e Keurm\
: Ik wil ze met genoegen onderzoeken. 2e
Keurm\ ontvangt de langwerpige steen van de
2e Diaken.
2e Keurm\
: Dit werk is fraai en haaks, zo wordt het verlangd voor de
bouw en is mij opgedragen het te aanvaarden. Geef mij het paswoord dat
gij ontvangen hebt van de 3e Keurm\
bij de Zuiderpoort.
2e Diaken fluistert paswoord, 2e
Keurm\ geeft steen terug.
2e Keurm\
: Ga door naar de Oosterpoort.
2e Keurm\
ontvangt de kubieke steen van de 1e Diaken.
2e Keurm\
: Dit werk is fraai en haaks, zo wordt het verlangd voor de
bouw en is mij opgedragen het te aanvaarden. Geef mij het paswoord dat
gij ontvangen hebt van de 3e Keurm\
bij de Zuiderpoort.
1e Diaken fluistert paswoord, 2e
Keurm\ geeft steen terug.
2e Keurm\
: Ga door naar de Oosterpoort.
Vervolgens ontvangt de 2e Keurm\
de sluitsteen van de kand\ en ziende dat deze
niet haaks is zegt de
2e Keurm\
: Dit is een merkwaardig gehouwen steen noch kubiek noch langwerpig
noch in enig opzicht beantwoordend aan mijn opdrachten. Ik kan hem niet
laten doorgaan Geef mij het paswoord dat gij ontving van de 3e
Keurm\ bij de Zuiderpoort.
Kand\ , voorgezegd
door de 1e Diaken: Hij weigerde mij het paswoord
te geven mij mededelende dat mijn werk niet in overeenstemming was met
zijn tekeningen.
2e Keurm\
: Zo kan ik u het paswoord niet geven bij de Westerpoort. Gij
kunt echter, indien gij dit wenst, uw werk aan de 1e Keurm\
aanbieden. Hoewel uw werk niet in overeenstemming is met mijn tekeningen
wil ik het niet op eigen verantwoording verwerpen vanwege de meesterlijke
bekwaamheid die het ten toon spreidt. U kunt ook terugkeren naar de steengroeven
om een andere proeve van bekwaamheid te geven.
2e Keurm\
geeft sluitsteen terug aan de kand\ , 2e
Diaken gaat voor naar de tafel van de 1e Keurm\
en de 1e Diaken slaat op de tafel met 2°
slag).
1e Keurm\
: Wien hebt gij daar?
1e Diaken: Werklieden
uit de steengroeven met materialen voor de bouw van de T\
, die zij ter keuring verlangen voor te leggen.
1e Keurm\
: Ik wil ze met genoegen onderzoeken
1e Keurm\
ontvangt de langwerpige steen van de 2e Diaken, onderzoekt of
deze haaks is, draait hem om ter controle van de uitvoering, geeft met
zijn hamer 2° slag erop, plaatst steen op
zijn tafel en zegt: Dit werk is fraai en haaks, zo wordt het
verlangd voor de bouw en zo is mij opgedragen het te aanvaarden. Geef mij
het paswoord dat gij hebt ontvangen van de Keurmeester bij de Zuiderpoort.
2e Diaken fluistert paswoord.
1e Keurm\
: Uw werk is goedgekeurd en zal worden doorgegeven aan de bouwers.
1e Keurm\
zet de steen op de grond tegen zijn tafel.
1e Keurm\
ontvangt vervolgens de kubieke steen van de 1e Diaken en handelt
als voren, plaatst de steen aan de andere kant van zijn tafel en zegt:
Uw werk is goedgekeurd en zal worden doorgegeven aan de bouwers.
Nu ontvangt de 1e Keurm\
de sluitsteen van de kand\ en ziende dat deze
niet haaks is zegt hij: Dit is een merkwaardig gehouwen steen
en hij beantwoordt in bet geheel niet aan mijn tekeningen noch aan de richtlijnen
die ik ontvangen heb voor het onderzoek van de materialen. Geef mij het
paswoord dat gij hebt ontvangen van de 3e Keurm\
bij de Zuiderpoort.
Kand\ voorgezegd
door de 1e Diaken: Dat kan ik niet, hij weigerde
het mij te geven.
1e Keurm\
: En toch hebt gij het gewaagd op weg te gaan naar de Oosterpoort
en u bij mij te melden?
Sta terzijde terwijl ik mijn Broeders Keurmeester in raad bijeen roep
De Diakenen plaatsen de kand\
met de rug naar het N\ .
1e Keurm\
geeft slag. 2e en 3e Keurmm\
gaan respectievelijk ten N\ en ten Z\
van de van de 1e Keurm\ staan en
kijken deze aan, geen tekens.
1e Keurm\
, blijft zitten: Broeders Keurmeester, toen wij door de A\
Mr\ werden uitgekozen om hem bij te staan in
het werk dat aan zijn zorgen was toevertrouwd, werd de bewaking van de
3 Poorten aan ons opgedragen met uitvoerige instructies betreffende onze
verschillende plichten; ondanks deze richtlijnen hebt gij toch deze steen
laten doorgaan hoewel deze niet beantwoordt aan onze tekeningen of ons
bestek.
Ik voel mij daarom niet alleen verplicht deze steen te verwerpen maar
ook een verklaring te vragen waarom gij uw plichten verwaarloosd hebt en
waarom gij deze steen liet doorgaan. Geeft de
sluitsteen aan 3e Keurm\ .
3e Keurm\:
Ik geef toe dat ik toestond dat deze steen voorgelegd werd aan de Zuiderpoort
maar voordat ik de Gezel toestond binnen te komen heb ik hem medegedeeld
dat zijn werk niet van dien aard was dat ik het kon accepteren.
Door de meesterlijke bekwaamheid van de uitvoering, de schoonheid en
het vakmanschap echter voelde ik mij niet in staat de steen op eigen verantwoording
te verwerpen en stond de Gezel toe door te gaan naar de Zuiderpoort, maar
gaf niet het paswoord.
Geeft sluitsteen terug aan de 1e
Keurm\ die de steen nu aan de 2e
Keurm\ geeft.
2e Keurm\
: Uit gevoelens gelijk aan die van mijn Br\
3e Keurm\ en niet de verantwoording
willende nemen om de steen te verwerpen liet ik de Gezel vrij of terug
te gaan naar de steengroeven of door te gaan naar de Oosterpoort indien
hij dit risico wilde lopen, maar weigerde hem het paswoord te geven omdat
zijn werk daar geen recht op gaf.
1e Keurm\
: Bbr\ Keurmeesters, ik aanvaard
uw verklaringen als verontschuldiging voor wat ik had gezien als een verwaarlozing
van uw maçonnieke plichten, maar daar de opdracht
van onze Grootmeester zeer beslist luidt alleen stenen voor de T\
te ontvangen die of kubiek of langwerpig zijn; gemerkt en genummerd door
een Merkmeester, hebben wij geen keus maar moeten wij de steen afkeuren
en verwerpen als ongeschikt voor het werk. u moet er daarom voor zorgen
dat de steen bij het afval geworpen wordt.
3e en 2e Keurmm\
ontvangen de steen van de 1e Keurm\
en geven hem vervolgens door aan de 1e en 2e Diaken
die er voor zorgen dat de instructies op juiste wijze worden uitgevoerd.
Het is wenselijk dat de kand\ getuige is van
deze handeling. 2e en 3e Keurm\
gaan weer ten Noorden en ten Zuiden van de 1e Keurm\
. staan, kijkend naar het O\ . De Diakenen plaatsen
de kand\ voor de 1e Keurm\
.
1e Keurm\
tegen kand\ : Uw werk is verworpen.
2e en 3e Keurm\
gaan terug naar hun plaatsen. Diakenen en kand\
nemen plaats in het Z\ O\
. Na een korte pauze geeft de 1e Opz\
1 slag, gaat staan in 2° T\
en zegt: A\ Mr\
, het is het 6e uur van de 6e dag van de week en de werklieden zijn verlangend
hun loon te ontvangen . Gaat uit het T\
en gaat zitten.
A\ Mr\
: Bbr\ Diakenen, ik geef u opdracht
de werklieden te verzamelen. Ga met hen in optocht naar het loket van de
le Opz\ opdat zij hun loon ontvangen; gij, Br\
2e Opz\ , kwijt u van uw speciale
plicht.
De Bbr\ stellen
zich op in het N\ , 2e Diaken leidt
de optocht. De kand\ op één na
laatst, 1e Diaken als laatste. Allen zingen eventueel Merkmeesterslied.
Aangekomen bij het loket van de 1e Opz\
laat een ieder zijn merk zien door de juiste opening. De optocht stelt
zich weer op in het N\ en blijft daar totdat
de 2e Opz\ zijn plaats weer ingenomen
heeft. De hand van de kand\ wordt stevig vastgegrepen
door de 1e Opz\ die uitroept: Een
bedrieger! Een bedrieger! Zijn hand eraf!
1e Diaken: Spaar hem!
Spaar hem! Hij is geen bedrieger. Ik sta borg voor hem als een Merkman,
ik heb met hem gewerkt in de steengroeven.
1e Opz\
: Ik klaag hem aan als een bedrieger omdat hij heeft getracht
het loon van een Merkmeester te bemachtigen zonder het Teken te geven.
De gebruikelijke straf moet worden toegepast
1e Diaken: Gij moet
hem aan mijn zorgen toevertrouwen, ik zal hem voor de A\
Mr\ brengen en indien deze beslist dat de straf
moet worden toegepast, sta ik er borg voor dat deze naar behoren wordt
ten uitvoer gelegd.
1e Opz\
: Op die voorwaarden laat ik hem vrij.
1e Diaken, leidt de kand\
voor de A\ Mr\ :
A\ Mr\ , deze
Gezel is aan de kaak gesteld als een bedrieger daar hij zou hebben getracht
het loon van een Merkmeester te bemachtigen hoewel hij slechts gerechtigd
is dat van een Merkman te ontvangen.
A\ Mr\
tot kand\ : Zijt gij een Merkman?
Kand\ :
Dat ben ik, A\ Mr\
.
A\ Mr\
: Ik verlang het bewijs daarvan.
Kand\ geeft het
handteken.
A\ Mr\
: Hoewel ik u erken als een Merkman, kan ik niet genoeg uitdrukking
geven aan mijn verontwaardiging dat gij getracht zoudt hebben het loon
van een Merkmeester te verkrijgen zonder daartoe te zijn gerechtigd.
Zo'n optreden verdient een zeer strenge straf niet minder dan dat
uw oor wordt afgerukt en uw hand wordt afgehouwen en dat gij wordt uitgesloten
van alle verdere voorrechten in de Vrijmetselarij. Maar daar het schijnt
dat uw misstap voortvloeit uit onwetendheid en niet uit enig opzet om te
bedriegen, gelast ik u nu terug te keren naar de steengroeven, alwaar,
naar ik vertrouw, u in staat zult zijn een zodanige arbeid te verrichten
dat deze wanneer hij ter keuring wordt voorgelegd aanvaard zal worden,
zodat u gerechtigd zult zijn te delen in de in de voorrechten van deze
achtbare graad.
A\ Mr\
: Br\ 2e Opz\
herneem uw plaats.
Allen gaan zitten, kand\
neemt plaats in het Z\ 0\
allen blijven stil.
1e Opz\
geeft slag en gaat staan in 2° T\
: A\ Mr\
het werk staat stil.
A\ Mr\
: Als gevolg waarvan?
1e Opz\
: Wegens het ontbreken van een sluitsteen voor de heilige boog
van de Tempel van Koning Salomo. Uit T\
en gaat zitten.
A\ Mr\
: Ik herinner mij goed dat de tekening van zo'n steen door mij
is uitgegeven.A\ Mr\
zoekt tussen zijn papieren: Hier is een duplicaat ervan.
Br\ 3e Keurmeester. 3e
Keurm\ gaat naar zetel van de A\
Mr\ en geeft 2°
T\ . A\
Mr\ : Hebt gij zo'n steen gezien?
3e Keurm\
, de tekening bestuderend: Zo'n steen is mij aangeboden voor
onderzoek, maar daar deze niet in overeenstemming was met mijn tekeningen
heb ik hem laten doorgaan naar de 2e Keurm\
.
Geeft 2° T\
en gaat terug naar zijn plaats.
A\ Mr\
: Br\ 2e Keurm\
.
2e Keurm\
gaat naar de A\ Mr\
en geeft 2° T\
.
A\ Mr\
: Wat deed gij ermee?
2e Keurm\
, tekening bestuderend: Hoewel de steen niet in overeenstemming
was met mijn tekeningen, en evenmin met de instructies die ik heb ontvangen,
doch een opmerkelijke blijk van vakmanschap bezat, liet ik de steen doorgaan
naar de 1e Keurm\ voor uiteindelijke
goedkeuring of verwerping.
Groet met 2°
T\ en gaat terug naar zijn plaats.
A\ Mr\
: Br\ 1e Keurm\
.
1e Keurm\
gaat naar de A\ Mr\
en geeft 2° T\
.
A\ M\
: Herinnert gij u dat u zo'n steen ter hand werd gesteld?
1e Keurm\
, tekening bestuderend: Inderdaad, A\
Mr\ , maar ziende dat de steen noch kubiek noch
langwerpig was, noch in enig opzicht beantwoordend aan mijn tekeningen
en instructies die ik had ontvangen, heb ik opdracht gegeven de steen bij
het afval te werpen, hetgeen is geschied.
Groet met 2°
T\ en keert terug naar zijn plaats.
A\ Mr\
: Laat een naarstig onderzoek verrichten. Het is de meest belangrijke
steen in de bouw. Rijkelijk zal hij beloond worden die er in slaagt de
steen te vinden.
De Diaken laat de kand\
de steen vinden
1e Diaken, van de plaats waar de
steen is gevonden: A\ Mr\
, de steen is gevonden.
A\ Mr\
: Door wie?
1e Diaken: Door de bekwame
Gezel die hem heeft vervaardigd.
A\ Mr\
: Toon hem mij.
De Diakenen brengen de kand\
naar de A\ Mr\ ,
de sluitsteen wordt aan de A\ Mr\
gegeven, A\ Mr\ vergelijkt
deze met de tekening.
Het is inderdaad de steen die wij zoeken.
Br\ Gezel, ik feliciteer u niet alleen met
het vakmanschap getoond door het maken van deze steen, maar ook met het
grote geluk dat u hem ongeschonden terugbrengt nadat de Keurmeesters hem
hadden weggeworpen.
Om mijn diepere gevoelens voor uw verdienste en bekwaamheid te markeren
zal ik u nu de geheimen van de Merkmeestergraad toevertrouwen.
1e Diaken plaatst kand\
in het N\ 0\ , 2e
Diaken herneemt zijn plaats.
U zult daartoe tot mij komen als Leerling, Gezel en Meester Vrijmetselaar.
Maak nog een korte pas voorwaarts met uw linkervoet en breng uw rechtervoet
met de hiel in de holte van de linkervoet als zo-even. Dit is de vierde
regelmatige stap in de Vrijmetselarij en in deze positie worden de geheimen
van deze graad medegedeeld. Zij bestaan uit een Paswoord dat voor u gegeven
werd toen u de Loge binnenkwam, een Pasgreep, waarmee u opgeheven werd
na uw gelofte; Teken, Woord en Aanraking eigen aan deze graad. Maar voordat
ik u een verdere uitleg geef is het mijn plicht uw aandacht te vragen voor
een gedeelte uit de Heilige Schrift.
De A\ Mr\
geeft slag en de L\ V\
Mr\ staat op en leest 2 Kronieken 2, vers 11-16.
Bbr\ blijven zitten.
,,En Huram, de koning van Tyrus, antwoordde in een schrijven dat hij
aan Salomo zond: Omdat de Here zijn volk liefheeft, heeft hij u tot koning
over hen aangesteld.
Voorts zeide Huram: Geprezen zij de Here, de God van Israël, die
de hemel en de aarde gemaakt heeft, daar hij aan koning David een wijzen
zoon, begiftigd met verstand en inzicht, heeft gegeven. die een tempel
voor den Here en een koninklijk paleis voor zichzelf bouwen zal. Ik zend
u dan een bekwaam man, begiftigd met inzicht, Huram-Abi, zoon van een vrouw
uit de dochters van Dan, wiens vader een Tyriër was; hij heeft verstand
van de bewerking van goud, zilver, koper, ijzer, stenen, hout, roodpurper,
blauwpurper, fijn linnen en karmozijn, van het vervaardigen van allerlei
graveerwerk en van het ontwerpen van allerlei kunstwerk dat hem wordt opgedragen
tezamen met uw vaklieden en die van mijn heer, uw vader David.
Laat dan mijn heer de tarwe en de gerst, de olie en de wijn, die hij
heeft toegezegd, aan zijn knechten zenden. Dan zullen wij bomen vellen
van den Libanon, zoveel als gij nodig hebt, en ze u in vlotten over zee
naar Jafo (Joppe) brengen, en gij kunt ze naar Jeruzalem vervoeren.
A\ Mr\
: De Pasgreep wordt gegeven door de handen ineen te slaan in
de vorm van een klamp.
Het Paswoord is te vinden in het laatste vers van de passage uit de
Bijbel die u zojuist hebt gehoord en is Joppe. Men zegt dat het zijn oorsprong
vindt of in het feit dat de graad daar door Hiram Abiff zou zijn gesticht
voor hij naar Jeruzalem ging of in het feit dat het hout voor de T\
, geveld en bewerkt in de bossen van de Libanon, over zee met vlotten naar
die plaats werd vervoerd.
De maçonnieke overlevering deelt ons mede dat de kust daar zo
steil was dat het onmogelijk was zonder hulp van bovenaf van de vlotten
te komen, deze hulp werd gegeven door lieden die speciaal voor dat doel
daar gereed stonden met een stevige greep, die leeuwengreep werd genoemd.
De Tekens, eigen aan deze graad, zijn vier in getal.
A\ Mr\
, geeft slag: Ik vraag thans uw aandacht voor een gedeelte uit
de Bijbel
L\ V\
Mr\ leest Openbaringen 13 vers 9: ,,Wie
oren heeft, die hore."
A\ Mr\
: Het eerste Teken is van drievoudige aard, het eerste gedeelte
wordt het Handteken genoemd en wordt als volgt gegeven. De hand wordt uitgesterkt,
met de palm naar boven, de wijsvinger en de middelvinger gestrekt, de andere
twee vingers en de duim gesloten.
Dit is de wijze waarop de oude Merkmeesters hun handen uitstrekten
aan het loket van de Eerste Opziener om hun loon te ontvangen. De Merkmannen
strekten hun handen uit aan een ander loket, op de manier die gij in een
eerder deel van deze ceremonie hebt geleerd. Een Merkman, die zijn hand
op die wijze uitstrekte aan het Merkmeesters loket werd ogenblikkelijk
als een bedrieger betrapt
De straf was het afhakken van de rechterhand. De 2e Opz\
stond gereed om deze straf ten uitvoer te brengen. Het tweede gedeelte
van het drievoudig Teken wordt het Teken van Begroeting genoemd en wordt
gegeven door de rechterhand omhoog te brengen met de twee vingers nog
steeds uitgestrekt en achter het rechteroor te plaatsen. Gecombineerd
met het derde gedeelte, dat wordt gegeven door de rechterarm tot een horizontale
stand te laten zakken en de rechterpols met de rug van de linkerhand te
slaan, vormt het het strafteken, zinspelend op de straf uit uw gelofte,
luidende dat gij, als man van eer en als Merkmeester liever uw rechterhand
afgekapt en uw rechteroor afgerukt zoudt willen zien, dan de u toevertrouwde
geheimen te verraden.
Dit Teken wordt steeds gegeven wanneer men de Loge betreedt of verlaat,
of wanneer men zich wendt tot de A\ Mr\
, behalve tijdens het Rituaal van Bevordering, waarbij steeds het gezellenteken
wordt gebruikt.
A\ Mr\
, geeft slag: Ik vraag nu uw aandacht voor een tweede gedeelte
uit de Bijbel.
L\ V\
Mr\ leest Psalmen 118 vers 22: ,,De
steen dien de bouwlieden versmaad hebben, is tot een hoeksteen geworden".
A\ Mr\
: Het tweede Teken, of Teken van Verwerping, wordt gegeven door
de handen op de rechterheup ineen te klemmen en ze dan driemaal voor het
lichaam langs te zwaaien; bij de derde zwaai doet men alsof men iets over
de linkerschouder werpt. Dit zinspeelt op de wijze waarop afgekeurde materialen
voor de bouw van Koning Salomos Tempel als nutteloos terzijde werden geworpen.
Het derde Teken, of Teken van Droefenis, wordt gegeven door de wang
in de palm van de rechterhand te steunen en te zeggen: ,,Helaas, helaas,
mijn werk is verloren gegaan".
Dit teken ontstond toen de bekwame gezel de onwaardige behandeling
en verwerping van zijn werk aanzag op het ogenblik waarop gelast werd de
sluitsteen bij het afval te werpen. Daarbij riep hij uit: ,,Helaas, helaas,
mijn werk is verloren gegaan".
Het vierde Teken, of Teken van Dankbaarheid, wordt gegeven door beide
handen vóór het lichaam te vouwen, met de ellebogen tegen
het lichaam gedrukt. Dit is de oude manier om de G\
K\ d\ H\
dank te betuigen voor ontvangen gunsten, en zinspeelt op de driehoek. De
borst vormt de basis en de armen vormen de zijden. Het ontstond bij het
ontdekken van de Sluitsteen, die, na onder het afval verborgen te zijn
geweest, werd gevonden en met veel plechtigheid werd gedragen en op de
juiste plaats gezet.
De bekwame gezel die zijn vernuft zag beloond en zijn werk zag geapprecieerd,
sloeg de handen ineen in extatische vreugde en riep uit: ,,Gode zij dank,
ik heb goed gewerkt."
De Greep of Aanraking wordt gegeven door met de pink van uw rechterhand
die van uw Br.\ te grijpen, draai de hand opwaarts,
de knokkels van de eerste drie vingers tegen die van uw Br\
plaatsend, en raak met de opstaande duim die van uw Br\
aan. Dit zinspeelt op de volmaakte aaneensluiting van alle delen van het
werk, voeg tegen voeg en met de duim omhoog op de driehoek, het teken van
goedkeuring van de Merkmeester, met de duimen naar beneden op het gemis
van een Sluitsteen om de boog te voltooien.
A\ Mr\
geeft slag: De L\ V\
Mr\ zal nu nog een gedeelte uit de Bijbel voorlezen.
L\ V\
Mr\ uit Ezechiel 44, vv. 1, 2, 3, 5:
,,Toen bracht hij mij terug naar de buitenste poort van het heiligdom,
die op het Oosten uitzag, deze was gesloten.
En de Here zeide tot mij: Deze poort zal gesloten blijven; zij zal
niet geopend worden en niemand mag daardoor binnengaan, want de Here, de
God van Israël, is daardoor binnengegaan, daarom moet zij gesloten
blijven.
Wat den vorst betreft, omdat hij vorst is, mag hij daarin gaan zitten
om te eten voor het aangezicht des Heren, door de voorhal der poort zal
hij naar binnen gaan en langs denzelfden weg naar buiten gaan. Toen zeide
de Here tot mij: Mensenkind, let aandachtig op, zie met uw ogen en hoor
met uw oren alles wat Ik tot u spreek aangaande al de inzettingen en wetten
van het huis des Heren; let aandachtig op het betreden van het huis door
al de toegangen van het heiligdom".
A\ Mr\
: Het oude woord is Kebraoth en zinspeelt op het volk. Het betekent
Metgezellen van het Merk, maar in de meeste Loges, waarin de Engelse taal
wordt gesproken, zijn daarvoor de woorden Mark Well, dat is Merk Wel, in
de plaats gekomen. Schrijd verder Kebraoth, en merk wel! 1e
Diaken brengt kand\ naar de linkerzijde van
de 1e Opz\ en 2e Diaken
plaatst zich links van de kand\ .
1e Opz\
staat op in Merkmeester-teken: A\
Mr\ hier staat Br\
tijdens zijn bevordering tot de achtbare graad van Merkmeester, verlangend
naar een teken van uw goedkeuring
A\ Mr\
: Br\ 1e Opz\
, ik draag u op onze zojuist bevorderde Br\
te voorzien van het voorschoot en het juweel van een Merkmeester, eerst
evenwel vraag ik de aandacht voor een gedeelte uit de Bijbel.
A\ Mr\ geeft slag.
L\ V\
Mr\ leest Openbaringen 2 vers 17: ,,Wie
overwint, dien zal ik geven van het verborgen manna, en ik zal hem een
witten steen geven en op dien steen een nieuwen naam geschreven, welken
niemand weet, dan die hem ontvangt".
1e Opz\
: Br\
, op last van de A\
M\ kleed ik u met het voorschoot en het juweel
van de Merkmeester om uw verdere voortgang in de wetenschap te markeren.
Diakenen doen hun voorschoten af.
1e Opz\
laat de kand\ over aan de 1e Diaken
en gaat zitten.
A\ Mr\
: Aan de opmerkingen van mijn Br\
1e Opz\ moet ik nog toevoegen, dat
het schootsvel, waarmede gij bekleed zijt, niet slechts uw rang van Merkmeester
aanduidt, doch bedoeld is u eraan te herinneren dat als gij goed of kwaad
doet, uw woorden en daden zullen worden waargenomen en opgetekend door
de G\ K\ d\
H\ , tegenover Wien gij rekenschap zult moeten
afleggen over uw levensgedrag, en die een ieder zal belonen naar gelang
van zijn werken. Het juweel dat gij hebt ontvangen is een kopie van de
steen, die de bouwers verwierpen, de sluitsteen van de Heilige Boog van
Koning Salomos Tempel. Aan de achterkant staan de Latijnse letters H.T.W.S.S.T.K.S.
synoniem van de Hebreeuwse letters aan de voorzijde.
Zij worden als volgt gelezen: ,,Hiram of Tyre, the Widows Son, Sent
to King Solomon" of wel Hiram van Tyrus, de Zoon van een Weduwe, Gezonden
naar Koning Salomo.
Moge gij u evenzeer onderscheiden onder uw medebroeders als Hiram,
de Zoon der Weduwe, deed onder de zijne. U kunt uw merk laten graveren
in het middelpunt van het juweel aan de achterzijde. Dit merk moogt gij
in het Logeboek gebruiken achter uw handtekening, en ook in correspondentie
met een Br\ Merkmeester.
1e Diaken brengt de kand\
tot voor de zetel van de A\ Mr\
, 2e Diaken herneemt zijn plaats.
Thans toon ik u de gereedschappen van een Merkmeester. Deze zijn de
hamer en de beitel, waarop gij ook tot deze graad zijt toegelaten. In deze
graad worden zij gebruikt om het merk van goedkeuning van de Merkmeester
aan te brengen, het werk daarmede geschikt verklarend voor zijn plaats
in het beoogde bouwwerk. Maar aangezien wij niet alleen operatieve vrijmetselaren
zijn, doch vrije en aangenomen, ofwel speculatieve metselaren, worden wij
door deze gereedschappen opnieuw herinnerd aan de morele voordelen van
discipline en opvoeding, en worden wij ertoe gebracht een vaste doch nederige
hoop te koesteren dat door de verbetering van onregelmatigheden en de beteugeling
van onze hartstochten wij later waardig geacht mogen worden het goedkeurend
merk te ontvangen van de G\ K\
d\ H\ , als zijnde
geschikt deel uit te maken van dat geestelijk bouwwerk ,,dat huis niet
door mensenhanden gemaakt, eeuwig in de hemelen."Aangezien u in de loop
van de avond gevraagd is bepaalde bedragen te betalen voor uw bevordering,
is het juist u te tonen op welk gezag wij handelen. Dit is onze constitutiebrief
van de Grand Lodge of Mark Master Masons of England and Wales and the Dominions
and Dependencies of the British Crown.
Op deze en elke andere Loge-bijeenkomst is het voor u ter inzage aanwezig.
Dit is het Constitutieboek en dit is ons huishoudelijk Reglement. Ik
beveel u beide aan voor ernstige studie.
Uit het eerste zult gij uw verplichtingen leren kennen tegenover de
Merkvrijmetselarij in het algemeen, uit het tweede die tegenover deze Loge
in het bijzonder.
Sta mij tot besluit toe u geluk te wensen met uw bevordering tot deze
achtbare graad in de Vrijmetselarij, en laat mij u eraan herinneren dat
uw toewijding in overeenstemming dient te zijn met uw voortgang. Draag
er zorg voor, dat gij bij het volvoeren van de plichten van uw staat voortgaat
te handelen in overeenstemming met de verheven voorschriften van de Orde.
Doe gerechtigheid, bemin genade, beoefen barmhartigheid, handhaaf harmonie,
en tracht te leven in eendracht en broederliefde, wanneer andere vrienden
u in de steek laten, wanneer naijverigen uw goede naam bekladden, wanneer
boosaardigen u vervolgen, wanneer gevaren, twijfel of moeilijkheden u bespringen,
geweld u tracht voort te drijven, of verleiding u tracht van het rechte
pad te voeren, immer zult gij vrienden vinden onder de Merkmeesters,
die uw smart zullen verlichten en u zullen troosten in uw bezwaardheid.
Draag steeds in gedachten als aanmoediging om te hopen op betere vooruitzichten,
dat de steen, die de bouwers verwierpen tenslotte verdiensten bezat, die
hen onbekend waren, en werd de hoeksteen van de bouw.
Het staat u thans vrij uw zetel in te nemen in een Merkmeester-Loge.
Bij een toekomstige gelegenheid zal uw aandacht worden gericht op een Legende,
die de geschiedenis van de graad uiteenzet en de oorsprong verklaart van
onze ceremonie en tekens.
1e Diaken begeleidt de kand\
naar een zetel in de Loge.
Sluiting van een Loge van Merkmeesters
A\ Mr\
, geeft hamerslag: Bbr\ , staat mij
bij de Loge te sluiten.
Allen gaan staan Br\
2e Opz\ , wat is de voortdurende
plicht van iedere Merkmeester?
2e Opz\
, geen teken: Te bewijzen dat de Loge behoorlijk is gedekt.
A\ Mr\
: Laat deze plicht vervullen.
2e Opz\
: Br\ Binnendekker, bewijs dat de
Loge behoorlijk is gedekt.
Binnendekker geeft * * ** op de deur, die
door de buitendekker beantwoord worden. Binnendekker:
Br\ 2e Opz\
, de Loge is behoorlijk gedekt.
2e Opz\
geeft slagen * * **: A\ Mr\
, de Loge is behoorlijk gedekt.
A\ Mr\
: Br\
le Opz:. wat is onze volgende plicht?
1e Opz\
, geen teken: Te zorgen dat de Bbr.. zich kenbaar maken als
Merkmeesters
A\ Mr\
: In orde Bbr\ .
A\ Mr\
: Br\ 1e Opz\
, waar is uw vaste plaats in de Loge?
1e Opz\
: In het Westen.
A\ Mr\
: Waarom aldaar?
1e Opz\
: Zoals de zon in het Westen ondergaat om de dag te doen eindigen,
zo is de 1e Opz\ in het Westen geplaatst
om de Loge in opdracht van de A\ Mr\
te sluiten na zich ervan te hebben vergewist dat de lonen zijn uitgekeerd
en dat het werkplan op een veilige plaats is geborgen.
A\ Mr\
: Is het werkplan zodanig opgeborgen, is aan alle verplichtingen
voldaan en zijn de lonen uitgekeerd?
1e Opz\
: Het is geschied A\ Mr\
, naar mijn beste weten.
L\ V\
Mr\ : Laat ons voordat de Loge wordt
gesloten met alle eerbied en ootmoed onze dank tot uitdrukking brengen
aan de G\ K\ d\
H\ voor reeds ontvangen weldaden en mogen wij
in geduldige volharding in goede werken als levende stenen worden ingepast
in een geestelijke woning geschikt tot Zijn bewoning, evenals de steen,
verworpen door de bouwers werd tot een hoofd des hoeks, verdiensten bezittend
hen onbekend.
Allen: Amen.
A\ Mr\
: Br\ 1e Opz\
, nu de werkzaamheden van de avond zijn beëindigd gelast ik u de Loge
te sluiten. Geeft * * ** met linkerhand.
1e Opz\
: In de naam van Adon Hiram en in opdracht van de A\
Mr\ sluit ik de Loge.
Geeft slagen * * **.
Allen gaan uit het Teken.
2e Opz\
: En de Loge is bijgevolg gesloten tot de eerstvolgende regelmatige
bijeenkomst, spoedbijeenkomsten uitgezonderd, waarvan tijdig bericht zal
worden gegeven. geeft slagen * * **.
Binnendekker geeft * * ** op de deur, die
door de Buitendekker beantwoord worden.
L\ V\
Mr\ , de Bijbel sluitend: Niets rest
ons nu nog dan volgens de aloude gebruiken onze geheimen op te sluiten
in de veilige schatkamer van ons hart, ons verenigend in de handeling van
Trouw, T\ T\ T\
.