Loge De Gooische
Broederschap
Huishoudelijk Reglement
vastgesteld ter Algemene
Vergadering op 3 juni 1993
goedgekeurd door het
hoofdbestuur der Orde van Vrijmetselaren 1993
Het entreegeld, dat
ingevolge de Ordegrondwet vóór de inwijding tot leerling-vrijmetselaar door
een kandidaat aan de kas der Loge moet worden betaald, zal telkenmale jaarlijks
door de algemene vergadering worden vastgesteld.
2. Het dagelijks bestuur
is bevoegd om in bijzondere gevallen terzake van de wijze van betalen van het
entreegeld met een kandidaat een andere regeling te treffen.
artikel 4
De totale bijdrage,
bestaande uit een bedrag benodigd ter instandhouding van de Loge, vermeerderd
met de jaarlijkse afdracht aan het Ordebestuur van de gewone leden wordt
telkenmale jaarlijks door de algemene ledenvergadering voor het werkjaar
vastgesteld.
leder lid kan dit bedrag
naar eigen keuze verhogen.
Zij is bij
vooruitbetaling in één termijn verschuldigd, maar kan op verzoek van het
betrokken lid, in overleg met de thesaurier, in termijnen worden betaald, mits
de gehele bijdrage in het lopende werkjaar wordt voldaan.
2. Buitengewone leden
betalen een bijdrage, welke eveneens jaarlijks door de algemene vergadering
wordt vastgesteld.
Dit bedrag dient in één
termijn en in vooruitbetaling te worden voldaan.
artikel 5
De gewone leden kunnen
zich tegen kostprijs, vastgesteld door het bestuur, een exemplaar verschaffen
van:
a. de statuten en het
reglement van de Loge;
b. de Ordegrondwet en de
Ordewetten;
c. het rituaal naar hun
graad;
d. de Gids voor de
leerling-Vrijmetselaar.
Hoofdstuk 2
het bestuur
artikel 6
1. Het bestuur van de
Loge bestaat uit ten hoogste negen leden, die de graad van
meester-vrijmetselaar dienen te bezitten.
2. Het bestuur van de Loge bestaat in ieder geval uit:
1. de
voorzittend-meester
2. de
gedeputeerd-meester
3. de eerste opziener
4. de tweede opziener
5. de redenaar
6. de secretaris
7. de thesaurier
Het bestuur kan worden
uitgebreid met:
8. de ceremoniemeester
9. de adjunct-secretaris
Deze leden hebben dan
dezelfde rechten en plichten als de overige zeven leden.
3. De rangorde wordt
bepaald overeenkomstig de in het tweede lid gegeven volgorde. Bij ontstentenis
van de voorzittend-meester wordt hij volgens deze volgorde vervangen.
artikel 7
1. De leden van het
bestuur worden, behoudens het hierna bepaalde, gekozen voor de duur van twee
jaren, met dien verstande dat zij hun functie door verloop van tijd, niet
vanzelf verliezen, maar haar blijven uitoefenen, tot zij vervangen zijn of een
algemene vergadering heeft besloten hun plaats onvervuld te laten.
Elk jaar treden
bestuursleden af met inachtneming van de bepalingen in statuten en reglement en
naar de onderstaande volgorde:
In het ene jaar:
De voorzittend-meester,
de eerste opziener en de thesaurier alsmede een eventuele adjunct-secretaris.
In het andere jaar:
De gedeputeerd-meester,
de tweede opziener, de redenaar en de secretaris alsmede een eventuele
ceremoniemeester.
2. Ter voorbereiding van
verkiezingen wordt tenminste achtentwintig dagen vóór de datum van de algemene
vergadering, waarin de verkiezing zal plaats hebben, door het bestuur één
kandidaat voor elk der te vervullen functies gesteld.
3. Tot veertien dagen
voor de datum der verkiezingen kunnen de leden van de Loge andere kandidaten
stellen.
Deze moeten schriftelijk
bij de secretaris worden ingediend, voorzien van een schriftelijke verklaring
van de kandidaten, behelzende de bereidverklaring om bij een eventuele
verkiezing de betreffende functie te aanvaarden.
4. Tenminste zeven dagen
voor de verkiezing deelt de voorzittend-meester mede welke kandidaten voor welke
vacant zijnde functie zijn gesteld.
5. De verkiezingen
worden gehouden overeenkomstig de volgens artikel 6 lid 2 van dit reglement
gestelde rangorde.
artikel 8
De leden van het
bestuur, met uitzondering van de Voorzittend-meester, leggen alvorens hun
functie te aanvaarden, in een open loge of in een voorhofsbijeenkomst de
volgende belofte af:
“Ik beloof, dat ik de
waardigheid der Loge zal handhaven, voor haar bloei en luister zal waken en het
ambt, dat mij is opgedragen met ijver, trouw en toewijding, naar plicht en
geweten, zal vervullen.
artikel 9
1. Indien een
bestuurslid tussentijds zijn functie wil neerleggen geeft hij daarvan zo spoedig
mogelijk kennis aan het bestuur.
Hij blijft zo mogelijk
in functie tot een opvolger is benoemd, behoudens de bevoegdheid van de
voorzittend-meester hem daarvan onmiddellijk te ontheffen.
2. In vacatures,
ontstaan door periodieke aftreding, wordt voorzien door verkiezingen, die
plaatsvinden in een algemene vergadering voorafgaande aan de zomer Sint-Jans
loge.
Tussentijdse vacatures
worden zo spoedig mogelijk vervuld.
artikel 10
Door het bestuur kunnen
tot zijn bijstand en voor diensten in de Loge de volgende officieren benoemd
worden:
a. een voorbereider
b. een
eerste-ceremoniemeester
c. een tweede
ceremoniemeester
d. een dekker
e. een
adjunct-secretaris
f. een bouw- en
meubelmeester
g. een hof- en
keldermeester
h. een aalmoezenier
i. een bibliothecaris
j. een broeder van
talent
2. Voornoemde officieren
hebben voor de duur van één jaar zitting, maar zijn terstond herkiesbaar voor
de duur van een werkjaar.
artikel 11
De bestuursfuncties zijn
onderling niet verenigbaar, die van de verdere officieren wel. Ook bestuursleden
kunnen officiersfuncties waarnemen.
artikel 12
In gevallen dat niet is
voorzien in de waarneming van een functie, kan de voorzittend-meester een
meester-vrijmetselaar aanwijzen om de functie waar te nemen.
Hoofdstuk 3
de bestuurders
artikel 13
Behalve de werkzaamheden
hun bij Ordebepalingen en bepalingen van de Loge uitdrukkelijk opgedragen,
verdelen de bestuursleden en verdere officieren hun werkzaamheden zoveel
mogelijk naar maçonniek gebruik.
de voorzittend-meester
artikel 14
1. De
voorzittend-meester vertegenwoordigt het hoogste gezag in de Loge; het is zijn
taak te waken voor de goede harmonie binnen de Loge. Alle leden zijn verplicht
zijn gezag zonder tegenspraak te aanvaarden.
2. Hij is
verantwoordelijk voor het bewaren van de constitutiebrief der Loge.
3. Bij de aanvaarding
van zijn functie legt de voorzittend- meester in een open Loge de volgende
belofte af:
“Ik beloof, dat ik de
waardigheid van de achtbare Loge ‘De Gooische Broederschap’ zal handhaven,
voor haar eer zal waken en naar haar bloei en luister zal streven; ik beloof de
werken te zullen leiden overeenkomstig de Oude Plichten der Vrijmetselaren en
het mij toevertrouwde ambt van Meester der Loge met ijver, trouw en toewijding
te vervullen.”
4. Naast zijn taak
vervat, in de Ordegrondwet, rust op de voorzittend-meester de taak van het
handhaven van statuten en reglement alsmede het waken over de uitvoering van de
besluiten welke door de Loge werden genomen.
5. De
voorzittend-meester of een door hem aan te wijzen lid der Loge, meestervrijmetselaar,
leidt de werkzaamheden in de open loge of in andere vergaderingen.
6. Indien de
voorzittend-meester de leiding van de arbeid in een open loge aan een ander lid
van de Loge, meester-vrijmetselaar, opdraagt, blijft hij verantwoordelijk voor
de juiste tenuitvoerlegging van die arbeid.
7. De
voorzittend-meester benoemt de leden van alle commissies voor zover die
benoeming niet aan anderen is opgedragen.
artikel 15
1. Hij houdt zorgvuldig
toezicht op het geldelijk beheer en het archief. Hij heeft het recht daartoe de
middelen te gebruiken, welke door hem dienstig worden geacht.
2. Hij ondertekent met
de secretaris alle stukken van de Loge uitgaande, voor zover de Loge hierdoor
tegenover derden moet worden verbonden.
de gedeputeerd-meester
artikel 16
1. De
gedeputeerd-meester bekleedt de plaats van de voorzittend-meester bij diens
afwezigheid of op diens verzoek en treedt alsdan in diens rechten en
verplichtingen.
2. Hij is
verantwoordelijk voor de meester-instructie.
3. Ingevolge de
ordegrondwet is hij ambtshalve lid en voorzitter van de commissie van onderzoek
en regelt hij de werkzaamheden van deze commissie.
de opzieners
artikel 17
1. De opzieners oefenen
met de voorzittend-meester het gezag uit in de open loge, zorgen voor de
handhaving der orde en staan de voorzittend-meester bij terzake van het opwekken
tot Loge-bezoek en van het bezoeken van eden.
2. De tweede opziener
wijdt zijn aandacht aan de leerlingen, de eerste opziener aan de gezellen. Zij
zorgen in overleg met de beschikbare bestuursleden, in het bijzonder de
redenaar, voor een voldoende instructie door een meestervrijmetselaar aan
leerlingen en gezellen.
de redenaar
artikel 18
1. De redenaar vertolkt
het geweten van de Loge.
2. Hij voert in overleg
met de voorzittend-meester het woord bij de werkzaamheden in de bijeenkomsten
der Loge en kan zo nodig corrigerend optreden. Hij kan zijn taak met de
machtiging van de voorzittend-meester door een ander lid van de Loge,
meester-vrijmetselaar, doen vervullen.
3. Hij is voorzitter van
de commissie van de arbeidstafel en regelt als zodanig haar werkzaamheden.
de secretaris
artikel 19
Aan de secretaris is
opgedragen:
a. het voeren van
briefwisseling,
b. het houden van
notulen,
c. de tijdige verzending
van de oproepen voor vergaderingen,
d. het opmaken van de
bescheiden, die aan het hoofdbestuur volgens de Ordebepalingen moeten worden
verzonden, met dien verstande, dat het jaarverslag door hem, na verkregen
goedkeuring van het bestuur, in de eerste algemene vergadering van het nieuwe
werkjaar ter goedkeuring door de leden wordt uitgebracht,
e. het aan- en bijhouden
van het archief met inventaris,
f. het bijhouden van het
ledenregister.
artikel 20
1. Behoudens het bepaalde in artikel 12 lid 2van de statuten en artikel 15 lid 2 van dit
reglement ontertekent de secretaris alle uitgaande stukken.
2. Hij verdeelt zijn
werkzaamheden met de adjunct-secretaris. Bij zijn afwezigheid wordt zijn taak
overgenomen door de adjunct-secretaris.
3. De overdracht van het
archief kan desgewenst geschieden ten over staan van de voorzittend-meester.
de thesaurier
artikel 21
1. De thesaurier is, met
inachtneming van de voorschriften der Ordegrondwet, Ordewetten zomede die van de
Loge, belast met de invordering en betaling van hetgeen aan en door de Loge
verschuldigd is.
Hij kwiteert voor de hem
gedane ontvangsten, houdt nauwkeurig boek en geeft daarvan, zowel als van andere
bescheiden betrekking hebbende op zijn beheer, inzage aan de voorzittend-meester
zo vaak deze zulks verlangt.
2. Hij is voorts belast
met het maken der jaarlijkse rekening en verantwoording alsmede de begroting van
het komende werkjaar.
de
eerste-ceremoniemeester
artikel 22
1. De eerste
ceremoniemeester is, bijgestaan door de bouw- en meubelmeester, belast met de
zorg voor de toebehoren der Loge, waarvan hij een lijst bijhoudt.
2. Hij is, bijgestaan
door de tweede ceremoniemeester, de bouw- en meubelmeester en zonodig de
voorbereider, belast met de voorbereiding en regeling der werkzaamheden bij de
plechtigheden in tempel en voorhof, zulks in overleg met de inwijdings-leider.
3. Hij onderzoekt voor
zover nodig de bezoekers van de bijeenkomsten in de tempel en voorhof, de
algemene- en meestervergaderingen. Hij kan zich hiervoor doen bijstaan of doen
vervangen door de tweede ceremoniemeester.
de overige officieren
artikel 23
1. De hof- en
keldermeester is belast met die werkzaamheden, welke hem zijn opgedragen door de
voorzittend-meester.
2. De bouw. en
meubelmeester is onder leiding van de eerste ceremoniemeester belast met de
inrichting van tempel en voorhof.
3. De bibliothecaris is
belast met de uitgifte en administratie van de boeken uit de bibliotheek.
4. De aalmoezenier ziet
toe op het welzijn der leden.
5. De broeder van talent
is in overleg met de voorzittend-meester verantwoordelijk voor geluidsapparatuur
en muziek.
Hoofdstuk 4
commissies
de commissie van
onderzoek
artikel 24
1. Overeenkomstig het
bepaalde in de Ordegrondwet is er een commissie van onderzoek, die ambtshalve
onder voorzitterschap staat van de gedeputeerd-meester of de op hem volgens
artikel 6 lid 2 van dit reglement in rang volgende officier.
2. De commissie is
belast met het onderzoek omtrent kandidaten voor het lidmaatschap der Orde en
omtrent hen, die voor bevordering tot gezel- of verheffing tot
meester-vrijmetselaar in aanmerking kunnen komen, een en ander overeenkomstig
het bepaalde in de Ordewet.
3. Van deze commissie
maken voorts deel uit de voorbereider alsmede drie meester-vrijmetselaars, welke
door de algemene vergadering worden verkozen. De commissie kiest één van de
gekozen meester-vrijmetselaars tot secretaris.
De commissie kan nog
worden uitgebreid met een door de algemene vergadering te verkiezen vast
plaatsvervangend-lid en/of een door de voorzittend-meester per
commissie-vergadering aan te wijzen meestervrijmetselaar.
4. De leden van de
commissie worden verkozen voor de duur van twee jaar, met dien verstande, dat de
gedeputeerd-meester en de voorbereider in de commissie zitting hebben voor de
duur van en uit hoofde van hun functie. Van de overige drie commissieleden
treden het ene jaar twee leden af en het daaropvolgend jaar één lid, terwijl
het eventueel verkozen plaatsvervangend lid in dit zelfde jaar aftreedt.
5. De aftredende leden
zijn niet terstond herkiesbaar; het bij tussentijdse vacature gekozen lid treedt
af op het tijdstip waarop degene in wiens functie werd voorzien, regelmatig zou
zijn afgetreden. In dat geval is een lid éénmaal herkiesbaar.
6. De commissie
vergadert met ten hoogste vijf en tenminste drie leden, de voorzitter
inbegrepen.
7. De
voorzittend-meester heeft te allen tijde het recht de zittingen van de commissie
bij te wonen.
de kascommissie
artikel 25
1. Er is een
kascommissie, die tot taak heeft om de door de thesaurier opgemaakte jaarlijkse
rekening en verantwoording met bijbehorende bescheiden te onderzoeken en de
algemene vergadering omtrent de aan het bestuur te verlenen acquit en decharge
te adviseren.
2. De commissie bestaat
uit twee eden, die voor de duur van twee jaar worden verkozen door de algemene
vergadering, met dien verstande, dat elk jaar een nieuw lid tot de commissie
toetreedt.
De algemene vergadering kiest tevens een plaatsvervangend lid.
3. Behoudens leden van
het bestuur zijn alle leden van de Loge gelijkelijk benoembaar tot lid van de
kascommissie.
de overige commissies
artikel 26
Er is een commissie van
ontvangst, die tot taak heeft te onderzoeken of degenen, die toegang verzoeken
tot enige bijeenkomst van de Loge, gerechtigd zijn de bedoelde bijeenkomst te
bezoeken. De commissie bestaat uit de ceremoniemeester, de dekker en de
adjunct-secretaris.
2. Er kan een commissie
van bezoek worden benoemd, die tot taak heeft het onderhouden van contacten met
de leden van de Loge, die door ziekte of ouderdom niet in staat zijn de
bijeenkomsten van de Loge te bezoeken.
3. Er kan een commissie
voor de arbeidstafel worden benoemd, die tot taak heeft de redenaar bij te staan
bij de samenstelling van de arbeidstafel.
4. Er kan een
bibliotheekcommissie worden benoemd, die tot taak heeft de bibliothecaris bij te
staan bij het beheer van de bibliotheek en de uitgifte van boeken.
5. Andere commissies
kunnen naar gelang de omstandigheden door de voorzittend-meester worden
ingesteld voor de duur die deze omstandigheden vergen of voor zolang de
voorzittend-meester bepaalt.
Hoofdstuk 5
beheer gelden
artikel 27
1. Giften en schenkingen
kinnen ook in een of meer met name te noemen aan de Loge toebehorende bestaande
of nog te stichten fondsen worden gestort en daarin afzonderlijk worden beheerd.
De baten uit die fondsen
mogen alleen worden gebruikt voor het doel waarvoor die fondsen zijn gesticht.
2. De
voorzittend-meester beschikt in overleg met de thesaurier over de
aalmoezenierskas.
Indien zich naar zijn
oordeel een noodgeval voordoet waarin aanstonds hulp moet worden geboden en
waaromtrent overleg met het bestuur niet mogelijk is, is hij bevoegd, na
ingewonnen advies van de thesaurier, verdere giften te doen. In de eerstvolgende
bestuursvergadering doet hij mededeling van zijn besluit.
de vergaderingen
algemene bepalingen voor vergaderingen
artikel 28
1. Vergaderingen worden
bijeengeroepen door tijdige toezending van een oproep onder vermelding van de
onderwerpen waarover zal worden gesproken en beslot en; er kan niet worden
besloten over onderwerpen, die niet bij de oproep zijn vermeld.
2. Een algemene
vergadering of een meestervergadering wordt door het bestuur schriftelijk
bijeengeroepen op een termijn van tenminste veertien dagen;
bestuursvergaderingen worden schriftelijk bijeengeroepen op een termijn van
tenminste een week.
In spoedgevallen kan de
voorzittend-meester de termijnen van oproeping voor een meestervergadering of
bestuursvergadering inkorten en de oproep voor een bestuursvergadering zo nodig
mondeling doen geschieden.
3. In elke vergadering
wordt na de behandeling van de aan de orde gestelde punten bij rondvraag door de
voorzittend-meester aan ieder der aanwezigen de gelegenheid gegeven tot het
vragen van inlichtingen en het doen van mededelingen.
4. De notulen van elke
vergadering worden in de eerstvolgende gelijksoortige vergadering voorgelezen en
aan de goedkeuring van de leden onderworpen, waarna zij door de
voorzittend-meester en de secretaris of hun respectievelijke vervangers worden
gearresteerd.
de algemene vergaderingen
artikel 29
1. Alle bevoegdheid bij
de Ordegrondwet, Ordewetten of bij de voorschriften van de Loge niet
uitdrukkelijk aan anderen opgedragen, is aan de algemene vergadering
voorbehouden.
2. In de algemene
vergaderingen worden geen besluiten genomen indien niet tenminste zeven
stemgerechtigde leden tegenwoordig zijn.
de meester-vergaderingen
artikel 30
1. Behoudens hetgeen
overeenkomstig de Ordegrondwet is bepaald in artikel 10 van de statuten van de
Loge worden meester-vergaderingen gehouden wanneer de voorzittend-meester of
drie der overige meesters dit nodig achten ter bespreking van zaken die zijn
voorbehouden aan de meester-graad. De door de meesters verlangde vergadering
wordt gehouden binnen veertien dagen nadat het verzoek daartoe is ingediend.
2. In de
meester-vergaderingen worden geen besluiten genomen indien niet tenminste zeven
meesters tegenwoordig zijn.
de bestuursvergaderingen
artikel 31
1. Bestuursvergaderingen
hebben plaats zo vaak de voorzittend-meester dit nodig acht of twee of meer
bestuursleden hun verlangen daartoe met opgave van redenen en de te behandelen
punten kenbaar maken aan de voorzittend-meester.
2. De arbeidstafel wordt
door het bestuur vastgesteld.
3. In de
bestuursvergaderingen worden geen besluiten genomen indien niet tenminste de
helft van de fungerende leden tegenwoordig is.
open loges
artikel 32
1. Deelnemers aan een
open loge zijn gekleed in forma: schootsvel en witte handschoenen. Voorts in
stemmige zwarte kleding met witte das (rok met zwart vest, smoking of
anderszins). Militairen verschijnen desgewenst in uniform, het ceremonieel
tenue.
De bestuurs- en overige
leden die een functie hebben te bekleden, dragen de onderscheidingstekens aan
die functie verbonden.
2. Niemand mag zich
buiten de tempel begeven dan met verlof van de opziener zijner kolom.
3. Niemand voert het
woord dan na het verzocht en verkregen te hebben. Zij die in het Oosten zijn
gezeten, wenden zich daartoe rechtstreeks tot de voorzittend-meester; zij die in
de kolommen gezeten zijn, doen dit door tussenkomst van de betrokken opziener.
4. Geen werkzaamheden
hebben plaats, tenzij tenminste zeven leden tegenwoordig zijn. De
voorzittend-meester is bevoegd van deze regel ontheffing te verlenen.
bezoekers
artikel 33
Een bezoeker heeft
alleen toegang, indien een bekend lid-vrijmetselaar voor hem instaat dan wel
indien uit een certificaat of een behoorlijk onderzoek blijkt, dat zij in een
wettig erkende Loge zijn aangenomen.
In twijfelgevallen
beslist de voorzittend-meester.
huisvesting
artikel 34
1. De Loge huurt voor de
wekelijkse bijeenkomsten daartoe door de algemene vergadering geschikt geachte
lokaliteiten, bij voorkeur in het Logegebouw te Hilversum.
2. De hoogte van de huur
en de wijze van huurberekening behoeven de goedkeuring van de algemene
vergadering.
Hoofdstuk 7
slotbepalingen
artikel 35
1. Wijziging van dit
reglement kan slechts geschieden in een opzettelijk tot dat doel bijeengeroepen
algemene vergadering op voorstel van de voorzittend-meester, dan wel van zeven
leden der Loge.
Een voorstel tot
wijziging, welk voorstel tenminste een maand voorafgaande aan de datum van
bedoelde algemene vergadering ter kennis dient te worden gebracht van de leden
der Loge, geeft de beoogde verandering van de tekst woordelijk aan en behelst de
gronden waarom zij wordt gesteld. Eventuele wijzigingen en/of amendementen van
de zijde der leden moeten uiterlijk veertien dagen voor genoemde datum bij de
secretaris zijn ingediend.
Een besluit tot
wijzigingen vereist een meerderheid van drie-vierde van het aantal uitgebrachte
geldige stemmen.
2. Dit reglement, zomede
de wijzigingen daarop treden in werking op de dag na die waarop van het
Hoofdbestuur der Orde bericht van goedkeuring is ontvangen.
Hilversum, 3 juni 1993
Voorzittend Meester: H.M. Mreijen
Secretaris: C.Th.M. Tabak